Het Hof meende namelijk dat uit de samenhang van artikel 42ter, § 6, tweede lid, 2°en 4° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en van artikel 75, 2°en 3° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 1992) en uit hun wetsgeschiedenis blijkt dat het de bedoeling was van de wetgever te verhinderen dat twee onderscheiden belastingplichtigen met betrekking tot dezelfde vaste activa aanspraak zouden kunnen maken op de investeringsaftrek.
La Cour était notamment d'avis qu'il résulte du rapprochement de l'article 42ter, § 6, deuxième alinéa, 2°et 4° du Code des impôts sur les revenus et de l'article 75, 2°et 3° du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 1992) et de leur historique, que l'intention du législateur a été d'éviter que deux contribuables distincts puissent revendiquer la déduction pour investissement pour des mêmes immobilisations.