R. overwegende dat de onderdelen van het economisch en monetair beleid (mededingingsbeleid, landbouw en visserij, criteria van het Stabiliteitspact, enz.) samenhang moeten vertonen met het sociaal beleid en dat bij de beoordeling van elk beleidsonderdeel rekening gehouden moet worden met de gevolgen ervan op sociaal gebied,
R. considérant que les politiques économiques et monétaires (politiques de concurrence, agricole et de la pêche, critères du Pacte de stabilité, etc.) doivent former un triangle cohérent avec les politiques sociales. Chaque politique doit être évaluée en tenant compte de ses effets dans le domaine social,