Art. 273. De officier-dienstchef of, bij diens afwezigheid, de officier-tweede in bevel, benoemt de tuchtoverheid gemachtigd voor deze titel uit de ambtenaren van het hoger kader in een hogere rang dan die van de vervolgde ambtenaar.
Art. 273. L'officier-chef de service ou, en son absence, l'officier-commandant en second, désigne l'autorité disciplinaire habilitée pour le présent titre parmi les agents du cadre supérieur d'un rang supérieur à l'agent poursuivi.