Eén en ander doet geen afbreuk aan de bevoegdheid die artikel 44 van het decreet van 4 april 2014 aan het Milieuhandhavingscollege toekent inzake de bepaling van het bedrag van de boete en de voordeelontneming, nu het nemen of beoordelen van sanctiebeslissingen tot de essentie van de rechterlijke opdracht inzake handhaving behoort.
Ceci ne porte pas atteinte à la compétence que l'article 44 du décret du 4 avril 2014 accorde à la Cour environnementale de la Région flamande de fixer le montant de l'amende et d'imposer la confiscation des avantages illicites, étant donné que la prise de décisions de sanction ou le contrôle de celles-ci font partie de l'essence même des missions juridictionnelles en matière d'application de la réglementation.
