Zo wordt in artikel 5 bijvoorbeeld bepaald dat de verplichting om minimaal 10% van de omroeptijd te reserveren (minimaal percentage) mag worden gebaseerd op de zendtijd van de omroep of het programmabudget; deze keus wordt bij de omzetting van de richtlijn door de lidstaat gemaakt[12].
Par exemple, en ce qui concerne l’exigence de réserver au moins 10 % du temps d’antenne (proportion minimale), l’article 5 permet de fonder cette proportion soit sur le temps d’antenne du radiodiffuseur, soit sur son budget de programmation – le choix étant effectué par l’État membre lors de la transposition de la directive[12].