1. Elke Lid-Staat wijst één of, indien dit volgens zijn grondwet is voorgeschreven, meer centrale autoriteiten aan die zijn belast met het toezenden en in ontvangst nemen van uitleveringsverzoeken en de nodige documenten ter staving daarvan, alsook van de officiële briefwisseling aangaande uitleveringsverzoeken, tenzij anders bepaald in andere bepalingen van deze Overeenkomst.
1. Chaque État membre désigne une autorité centrale ou, lorsque son ordre constitutionnel le prévoit, des autorités centrales chargées de transmettre et de recevoir les demandes d'extradition et les documents requis à l'appui de ces demandes, ainsi que toute autre correspondance officielle relative aux demandes d'extradition, sauf disposition contraire de la présente convention.