Uit de verwijzingsbeslissing en de motivering ervan kan worden afgeleid dat het verwijzende rechtscollege met de tweede vraag beoogt te vernemen of de i
n het geding zijnde bepaling, in de voormelde interpretatie, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 12 en 22 ervan en met de artikelen 6.1 en 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, doordat een verschil in behandeling in het leven wordt geroepen tussen rechtsonderhorigen die worden vervolgd voor
het plegen van een misdrijf, naargela ...[+++]ng de wetsbepaling die fundamentele rechten beoogt te vrijwaren, het naleven van de erin vervatte voorschriften al dan niet op straffe van nietigheid heeft voorgeschreven : terwijl de miskenning van de in het geding zijnde bepaling niet noodzakelijk leidt tot de nietigheid van het verkregen bewijs, leidt de miskenning van - bepaalde onderdelen van - de in het verwijzingsvonnis opgesomde artikelen wel tot de nietigheid van het ermee verkregen bewijs.Il peut être déduit de la décision de renvoi et de sa motivation que par la seconde question, la juridiction a quo souhaite savoir si la
disposition en cause, dans l'interprétation précitée, est compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés ou non avec les articles 12 et 22 de la Constitution et avec les articles 6.1 et 8 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'une différence de traitement est créée entre les justiciables qui sont poursuivis pour une infraction, selon que la disposition législative qui vise à garantir des droits fondamentaux prescrit à peine de nullité ou non le respect des règles
...[+++] qu'elle contient : alors que la méconnaissance de la disposition en cause ne conduit pas nécessairement à la nullité de la preuve obtenue, la méconnaissance - de certaines dispositions - des articles énumérés dans le jugement de renvoi conduit, elle, à la nullité de la preuve ainsi obtenue.