Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 30 maart 1994 houdende sociale bepalingen, waarvan artikel 59 dat onderscheid heeft ingevoerd, blijkt dat de wetgever, met het oog op het streven naar een financieel evenwicht in de sociale zekerheid, de schadeloosstelling voor de vermindering van het normale vermogen tot verdienen, veroorzaakt door de feitelijke beperking van de arbeidsmogelijkheden op de arbeidsmarkt na de leeftijd van 65 jaar, heeft willen beperken om reden dat na die leeftijd « zij slechts in zeer beperkte mate beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt » (Gedr. St., Senaat, 1993-1994, nr. 980-2, p. 75).
Il ressort des travaux préparatoires de la loi du 30 mars 1994 portant des dispositions sociales, dont l'article 59 a introduit cette distinction, que, dans le but de rechercher un équilibre financier de la sécurité sociale, le législateur a entendu limiter l'indemnisation de la diminution de la capacité de gain normale produite par la limitation effective des possibilités de travail sur le marché de l'emploi après l'âge de 65 ans pour le motif qu'après cet âge « elles n'y sont disponibles que dans une mesure très limitée » (Doc. parl., Sénat, 1993-1994, n° 980-2, p. 75).