5. laakt de schendingen van de rechten van de verdediging tijdens het nieuwe proces tegen Leyla Zana e.a., zoals onder meer de aanwezigheid van de openbare aanklager telkens wanneer de rechters zich over de beschuldigden moesten uitspreken, de niet-erkenning van het recht op invrijheidstelling overeenkomstig het arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg van 17 juli 2001, de onmogelijkheid voor de verdediging om na te gaan of de beschuldigingen van het openbaar ministerie op feiten berusten;
5. dénonce les violations des droits de la défense dans le déroulement du nouveau procès contre Leyla Zana et autres, notamment la présence du procureur dans toutes les enceintes où les juges ont été appelés à prendre des décisions sur les accusés, la non-reconnaissance du droit à la mise en liberté des accusés conformément à l'arrêt du 17 juillet 2001 de la Cour européenne des droits de l'homme de Strasbourg, l'impossibilité pour la défense de pouvoir vérifier la véridicité des accusations du procureur;