Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij beschikking van 14 augustus 2014 in zake B.W. tegen K.T. en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 20 augu
stus 2014, heeft de beslagrechter van de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 1408, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek
...[+++] artikel 13 van de Grondwet in samenhang gelezen met artikel 6.1 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, in zoverre het aan de eiser die niet binnen vijf dagen na de betekening van de eerste akte van beslag de instrumenterende deurwaarder heeft laten weten dat hij zich wilde beroepen op artikel 1409bis van het Gerechtelijk Wetboek en zulks zonder voorafgaandelijk van die termijn op de hoogte te zijn gebracht, de sanctie oplegt van het verval van het recht om te zijnen gunste de toepassing van artikel 1409bis van het Gerechtelijk Wetboek te vorderen ?Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure
Par ordonnance du 14 août 2014 en cause de B.W. contre K.T. et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 20 août 2014, le juge des saisies du Tribunal de première instance de Liège, division Liège, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 1408, § 3, du Code judiciaire viole-t-il l'article 13 de la Constitution combiné avec l'article 6.1 de la Con
...[+++]vention de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales en ce qu'il sanctionne de la déchéance du droit de requérir à son profit l'article 1409bis du Code judiciaire le demandeur qui n'a pas fait savoir, dans les 5 jours de la signification du premier acte de saisie, à l'huissier instrumentant qu'il entendait se prévaloir de l'article 1409bis du Code judiciaire et ce sans avoir été préalablement informé de ce délai ?