Op 26 september 2013 heeft het Gerecht een arrest gewezen in zaak T-164/10, waarin het heeft verklaard dat de Commissie de verplichtingen niet is nagekomen die op haar rusten krachtens Richtlijn 2001/18/EG door geen voorstel bij de Raad in te dienen overeenkomstig artikel 5, lid 4, van Besluit 1999/468/EG van de Raad.
Le 26 septembre 2013, le Tribunal a rendu, dans l’affaire T-164/10, un arrêt par lequel il a constaté que la Commission avait manqué aux obligations qui lui incombaient en vertu de la directive 2001/18/CE en s’abstenant de soumettre au Conseil une proposition en vertu de l’article 5, paragraphe 4, de la décision 1999/468/CE du Conseil.