De bestreden bepaling sluit rechtstreeks aan bij de richtlijn 2006/112/EG, waarvan het Hof van Justitie heeft geoordeeld dat zij niet strijdig is met artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, dat de door de verzoekende partijen aangevoerde rechten uitdrukkelijk verankert.
La disposition attaquée s'inscrit dans le prolongement direct de la directive 2006/112/CE, que la Cour de justice n'a pas jugée contraire à l'article 47 de la Charte des droits fondamentaux de l'Union européenne, qui consacre expressément les droits invoqués par les parties requérantes.