Artikel 28, § 3, tweede lid, zou het wettigheidsbeginsel, neergelegd in artikel 170 van de Grondwet, schenden, doordat de bijdrageplicht waarin de bestreden maatregel voorziet, een belasting zou zijn waarvan de essentiële elementen door de wetgever - en niet door de Koning - zouden dienen te worden vastgesteld.
L'article 28, § 3, alinéa 2, violerait le principe de légalité contenu dans l'article 170 de la Constitution, en ce que l'obligation de cotisation prévue par la mesure attaquée serait un impôt dont les éléments essentiels devraient être fixés par le législateur et non par le Roi.