In het door u geciteerde geval kan ik, wegens het ontbreken van de feitelijke omstandigheden, geenszins bevestigen dat de bepalingen van artikel 18, eerste lid, 4° en tweede lid, WIB 1992, niet van toepassing zullen zijn op de interesten die betrekking hebben op een rekening-courant op naam van een aandeelhouder en die de vergoeding vormen voor de overeengekomen betalingstermijn die door de vennootschap-schuldenares van de interesten wordt verkregen bij de verwerving van een actiefbestanddeel.
Dans le cas que vous mentionnez, je ne peux aucunement confirmer, en raison de l'absence de circonstances factuelles, que les dispositions de l'article 18, premier alinéa, 4° et deuxième alinéa, du CIR 1992, ne s'appliqueront pas aux intérêts relatifs à un compte courant ouvert au nom d'un actionnaire et qui constituent l'indemnité pour le délai de paiement convenu, obtenue par la société débitrice des intérêts lors de l'acquisition d'un élément d'actif.