2. herhaalt dat wanneer persoonsgegevens worden verwerkt door RPAS die in de EU worden ingezet, hetzij voor rechtshandhavingsdoeleinden, hetzij door een natuurlijk persoon bij activiteiten met uitsluitend persoonlijke of huishoudelijke doeleinden, het in artikel 7 van het Handvest van de grondrechten van de EU opgenomen recht op eerbiediging van het privéleven en het in artikel 8 van het Handvest en artikel
16 van het Verdrag betreffende de werking van de EU opgenomen recht op bescherming van persoonsgegevens van toepassing zijn en het
EU-rechtskader voor gegevensbescherming<
...[+++]b class=yellow2> volledig moet worden nageleefd;
2. réaffirme que le droit à la protection de la vie privée, consacré par l'article 7 de la charte des droits fondamentaux, et le droit à la protection des données à caractère personnel, consacré par l'article 8 de la charte et l'article 16 du traité FUE, s'appliquent dès lors que des données à caractère personnel sont traitées par des RPAS utilisés au sein de l'Union, pour des fins répressives ou bien par une personne physique dans le cadre d'une activité uniquement personnelle ou domestique, et que le cadre juridique de l'Union pour la protection des données doit être pleinement respecté;