1. stelt dat het immigratiebeleid van de Unie moet berusten op een algemene en niet een gefragmenteerde benadering, die niet alleen van de behoeften van de arbeidsmarkt in de lidstaten uitgaat, maar vooral van ontvangst- en integratiemaatregelen, de vastlegging van een betrouwbaar statuut en burgerrechten, sociale en politieke rechten voor migranten in heel de Unie;
1. estime que la politique d'immigration de l'Union doit se fonder sur une approche globale et non sectorielle, basée non seulement sur les exigences du marché du travail dans les États membres mais, essentiellement, sur des politiques d'accueil et d'intégration ainsi que sur la définition d'un statut précis et de droits de citoyenneté, sociaux et politiques pour les migrants dans toute l'Union;