Indien de persoon volgens §§ 4 of 5 in vrijheid wordt gesteld, stelt de onderzoeksrechter hiervan onmiddellijk het openbaar ministerie in kennis dat op zijn beurt de uitvaardigende rechterlijke autoriteit in kennis stelt.
Si la personne est laissée en liberté par application des §§ 4 ou 5, le juge d'instruction en informe immédiatement le ministère public qui, à son tour, en informe l'autorité judiciaire d'émission.