(25) De lidstaten moeten de keuze hebben om, voor het geval dat een inbreuk onopzettelijk en zonder nalatigheid is gepleegd en de bij deze richtlijn ingestelde corrigerende maatregelen of rechterlijke bevelen onevenredig zouden zijn, zo nodig als alternatieve maatregel te voorzien in de mogelijkheid van het toekennen van een geldelijke compensatie aan de benadeelde partij.
(25) Les États membres devraient avoir la possibilité de prévoir, dans des cas où une atteinte a été commise de manière non intentionnelle et sans négligence et où les mesures correctives ou les injonctions prévues par la présente directive seraient disproportionnées, que, dans des cas appropriés, une réparation pécuniaire puisse être accordée à la partie lésée en tant que mesure alternative.