3. Preventieve referentiewaarden moeten per bestand worden vastgesteld, zodat onder andere rekening kan worden gehouden met het reproductievermogen, het herstelvermogen en de kenmerken van de bevissing van het betrokken bestand, alsmede met andere oorzaken van mortaliteit en met de belangrijkste onzekerheidsfactoren.
3. Des points de référence de précaution devraient être fixés pour chaque stock en fonction notamment de la capacité de reproduction et de reconstitution du stock en question et des caractéristiques de son exploitation ainsi que des autres causes de mortalité et des facteurs importants d'incertitude.