Het college dient moet de bevoegdheden die het Statuut van de ambtenaren en de regeling voor de andere personeelsleden van de Unie in verband met het sluiten van arbeidsovereenkomsten toekennen aan het tot aanstelling bevoegde gezag, in beginsel altijd aan de administratief directeur te delegeren, tenzij specifieke omstandigheden vereisen dat het deze bevoegdheid zelf uitoefent.
Le collège devrait, en principe, toujours déléguer au directeur administratif le pouvoir dévolu à l’autorité investie du pouvoir de nomination par le statut des fonctionnaires et le régime applicable aux autres agents de l’Union (ci-après dénommé «le statut des fonctionnaires et le régime applicable aux autres agents») de conclure des contrats d’engagement, sauf si des circonstances particulières exigent qu’il l’exerce lui-même.