96. neemt nota van de zeer duidelijke verklaring van de Commissie, zowel als antwoord aan de Rekenkamer (punt 5.27 van het jaar
verslag) als aan de bevoegde commissie van het Parlement, dat geen begunstigde voor landbouwsteun in aanmerking komt, tenzij de persoon in kwestie een landbouwactiviteit uitoefent; verwacht dat de Commissie de door de Rekenkamer aangewezen gevallen volgt en ervoor zorgt dat geen betalingen worden verricht, en dat gedane betalingen worden
teruggevorderd, aan grondeigenaren die geen landbouwactiviteit uitoefene
...[+++]n;