1. Ten einde te verzekeren dat de in artikel 1, lid 1, gestelde termijn van 30 jaar in acht wordt genomen gaat iedere Instelling tijdig en uiterlijk tijdens het vijfentwintigste jaar volgende op de datum van vervaardiging van die documenten of stukken over tot een onderzoek van nog als vertrouwelijk of tot een strengere categorie behorend beschouwde documenten of stukken ten einde te besluiten omtrent hun eventuele derubricering.
1. Afin de garantir le respect du délai de trente ans prévu à l'article 1er paragraphe 1, chaque institution procède en temps utile, au plus tard au cours de la vingt-cinquième année suivant la date de leur production, à l'examen des documents et pièces considérés encore comme confidentiels ou appartenant à une catégorie plus rigoureusement protégée, en vue de décider de leur éventuelle déclassification.