Dit voorstel wil bijgevolg het Strafwetboek aanvullen door aan de verschillende gevallen van herhaling de hypothese toe te voegen waarin iemand die veroordeeld is tot een correctionele gevangenisstraf van ten minste drie jaar zonder uitstel, vóórdat tien jaar zijn verlopen sinds hij zijn straf heeft ondergaan of sinds zijn straf verjaard is, een misdaad pleegt waarvoor hij door het hof van assisen wordt veroordeeld tot een criminele straf.
En conséquence, il est proposé de compléter le Code pénal en ajoutant aux différents cas de récidive l'hypothèse dans laquelle, après avoir encouru une condamnation à un emprisonnement correctionnel de trois ans au moins sans sursis, le condamné commet, dans le délai de dix ans depuis qu'il a subi ou prescrit sa peine, un crime pour lequel il est jugé par la cour d'assises qui prononce à son égard une peine criminelle.