2. a) Wanneer het recht op aftrek met betrekking tot bedrijfswagens is ontstaan na 1 januari 2011 en het privégebruik meer dan 50% bedraagt, waardoor het recht op aftrek wordt beperkt op grond van artikel 45, §1quinquies W.btw, wordt deze bedrijfswagen niet langer beschouwd als een goed waarop artikel 19, §1 W. btw van toepassing is? b) Zo ja,
dient het tijdelijk bijkomend privégebruik van de bedrijfswagen op basis van artikel 19, §1 W.btw niet meer te worden beschouwd als een met een dienst onder bezwarende titel gelijkgestelde dienst en dit zowel tijdens als na de herzieningstermijn? c) 1° Zo ja, heeft dit tot gevolg dat een
tijdelijk ...[+++] bijkomend privégebruik van de bedrijfswagen niet meer dient te worden gecorrigeerd door een "factuur aan zichzelf" uit te reiken noch via een herziening van de oorspronkelijk uitgeoefende btw-aftrek?2. a) Lorsque le droit à déduction pour une voiture de société est né après le 1er janvier 2011 et que l'usage privé représente plus de 50%, le droit à déduction étant dès lors limité en vertu de l'article 45, §1er quinquies du C. TVA, ce véhicule n'est-il plus considéré comme un bien relevant du champ d'application de l'article 19, §1er, du C. TVA? b) Si tel est le
cas, l'usage privé supplémentaire temporaire de la voiture de société sur la base de l'article 19, §1er, du C. TVA ne doit-il plus être considéré comme une prestation de services assimilée à une prestation de services effectuée à titre onéreux, et cela tant pendant qu'après l
...[+++]e délai de révision? c) 1° Si tel est le cas, s'ensuit-il qu'un usage privé supplémentaire temporaire de la voiture de société ne doit plus être corrigé par une "auto-facturation" ni par le biais d'une révision de la déduction TVA initialement opérée?