Het Hof van Justitie heeft ook geoordeeld dat studietoelagen een sociaal voordeel vormen voor een migrerende werknemer die in het levensonderhoud van een kind blijft voorzien, en dat – afhankelijk van de nationale wetgeving – een kind ten laste krachtens artikel 7, lid 2, van de verordening indirect de gelijke behandeling kan genieten die aan de migrerende werknemer is toegekend[97].
La Cour a également jugé qu’une bourse d’études constitue un avantage social pour un travailleur migrant qui continue à pourvoir à l’entretien de l’enfant et que, en fonction du droit national, un enfant à charge peut aussi se prévaloir de l’article 7, paragraphe 2, du règlement en qualité de bénéficiaire indirect de l’égalité de traitement accordée au travailleur migrant[97].