Foshan Shunde voerde ook aan dat indien de Commissie besliste om door te gaan met de uitvoering van het arrest van het Hof dit zou moeten gebeuren op basis van de mededeling
van de definitieve bevindingen van 20 februari 2007 van de Commissie (waarin aan de partij behandeling als marktgerichte onderneming („BMO”) werd toegekend en geen dumping voor deze onderneming werd gevonden) en niet op basis van de herziene mededeling van de definitieve bevindingen van 23 maart 2007 (waarin de Commissie haar voorlopige bevindingen in verband met
...[+++]de niet-toekenning van de BMO aan Foshan Shunde en een dumpingmarge van 18,1 % bevestigde). Foshan Shunde a également affirmé que si la Commission décidait de procéder à la mise en œuvre de l’arrêt de la Cour de justice, elle devrait le faire sur la base de son doc
ument d’information finale daté du
20 février 2007 (en vertu duquel la partie s’est vu attribuer le statut de société opérant dans les conditions d’une économie de marché et qui n’a constaté aucun dumping de la part de cette société), et non sur la base du doc
ument d’information finale révisé du 23 mars 2007 (dans lequel la Commission a confirm
...[+++]é sa conclusion provisoire de ne pas accorder le statut de société opérant dans les conditions d’une économie de marché à Foshan Shunde et établi la marge de dumping à 18,1 %).