Art. 2. Het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf - fbz-fse Constructiv", afgekort "fbz-fse Constructiv", opgericht bij beslissing van 29 september 1960 van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 oktober 1960, volgt in rechten en plichten op en neemt het volledige actief en passief (met inbegrip van latente passiva) over van :
Art. 2. Le "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction - fbz-fse Constructiv", en abrégé "fbz-fse Constructiv", institué par décision du 29 septembre 1960 par la Commission paritaire de la construction, rendue obligatoire par arrêté royal du 25 octobre 1960, succède dans les droits et obligations et reprend l'actif et le passif complets (en ce compris les passifs latents) du :