Art. 4. Op het einde van de projecten bedoeld bij artikel 2 en wat de bij artikel 3, lid 1 bedoelde uitgaven betreft, moeten de begunstigde inrichtingen voor onderwijs voor sociale promotie binnen de drie maanden de volgende bescheiden laten geworden aan de Dienst voor het onderwijs voor sociale promotie van de algemene Directie van het niet -verplicht onderwijs, Rijksadministratief Centrum, Pachecolaan 19, bus 0, bureau 4007, te 1010 Brussel.
Art. 4. Au terme des projets visés à l'article 2 et pour les dépenses visées à l'article 3, alinéa 1, les établissements d'enseignement de promotion sociale bénéficiaires doivent, dans les trois mois, transmettre au Service de l'enseignement de promotion sociale de la Direction générale de l'enseignement non obligatoire, Cité administrative de l'Etat, boulevard Pachéco 19, bte 0, bureau 4007, à 1010 Bruxelles, les documents suivants :