De Raad van State zegt hierover : « Deze bepaling machtigt de Commissie voor het bank- en financiewezen om met bevoegde buitenlandse toezichthoudende overheidsinstanties overeenkomsten te sluiten die kunnen afwijken van de regels vervat in de wet van 26 april 1995 en in de besluiten en reglementen die tot de uitvoering van de voornoemde wet zijn uitgevaardigd.
Le Conseil d'État estime que « Cette disposition habilite la Commission bancaire et financière à conclure des conventions avec les autorités de contrôle étrangères compétentes qui peuvent déroger aux règles énoncées dans la loi du 6 avril 1995 et dans les arrêtés et règlements pris en exécution de la loi précitée.