6. dringt aan op de noodzaak tot voortdurende verbetering van het aanbod aan talenonderricht, bijvoorbeeld in het kader van het Comenius-gedeelte van het programma "Levenslang leren"; erkent voorts dat het in sommige lidstaten, en vooral in de Engelstalige, moeilijk is voldoende interesse en motivatie te behouden om een grondige kennis van andere Europese talen te verwerven en zo het niveau van wederzijds begrip en empathie in heel Europa hoog te houden; merkt in dit verband op dat het leren van de taal van buurvolkeren bijzonder belangrijk is;
6. insiste sur la nécessité d'améliorer de façon continue l'enseignement des langues, notamment dans le cadre du volet Comenius du programme d'apprentissage tout au long de la vie; reconnaît, en outre, les difficultés rencontrées dans certains États membres, en particulier par les locuteurs de langue anglaise, à maintenir un intérêt et une motivation suffisants pour acquérir la maîtrise d'autres langues européennes afin d'étayer le niveau de compréhension mutuelle et d'empathie à travers l'Europe; note, dans ce contexte, que l'apprentissage des langues des pays voisins revêt une importance particulière;
