Toegepast op elk van de activiteiten die deel uitmaken van het in de gaswet gedefinieerde gasvervoer spreekt men van beschikbare operationele capaciteit (definitie 11°), bruikbaar LNG-volume (definitie 80°), bruikbaar opslagvolume (definitie 79°), injectiecapaciteit (definitie 5°), reservecapaciteit (definitie 6°), toegewezen capaciteit (definitie 3°) en uitzendcapaciteit (definitie 4°).
Appliquées à chacune des activités qui font partie du transport de gaz défini à la loi gaz, on parle de capacité opérationnelle disponible (définition 11°), volume GNL utile (définition 80°), volume de stockage utile (définition 79°), capacité d'injection (définition 5°), capacité de réserve (définition 6°), capacité allouée (définition 3°) et capacité d'émission (définition 4°).