3. Tenzij een van de in artikel 16 genoemde redenen tot uitstel dit rechtvaardigt, of indien de uitvoerende autoriteit de verzochte voorwerpen, documenten of gegevens reeds in haar bezit heeft, neemt de uitvoerende autoriteit zo spoedig mogelijk, en uiterlijk 60 dagen na de ontvangst van het EBB door de bevoegde uitvoerende autoriteit, bezit van de voorwerpen, documenten of gegevens, zulks onverminderd lid 4 .
3. Sauf si l'un des motifs de report visés à l'article 16 le justifie, ou si elle dispose déjà des objets, documents ou données demandés, l'autorité d'exécution prend possession des objets, documents ou données aussi rapidement que possible et au plus tard dans les soixante jours suivant la réception du mandat européen d'obtention de preuves par l'autorité d'exécution compétente, et ce sans préjudice du paragraphe 4.