Vertaling van "china de vn-veiligheidsraad " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

Veiligheidsraad | Veiligheidsraad van de Verenigde Naties | VN-Veiligheidsraad | VNVR [Abbr.] | VR [Abbr.]
Conseil de sécurité | Conseil de sécurité de l'ONU | Conseil de sécurité de l'Organisation des Nations unies | Conseil de sécurité des Nations unies | CSNU [Abbr.]

resolutie van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties | resolutie van de VN-Veiligheidsraad | VNVR-resolutie | UNSCR [Abbr.]
résolution du Conseil de sécurité | résolution du Conseil de sécurité de l'ONU

Kosovo | Kosovo overeenkomstig resolutie 1244 van de VN-Veiligheidsraad
Kosovo | Kosovo selon le statut défini par la résolution 1244 du Conseil de sécurité des Nations unies

Veiligheidsraad VN
Conseil de sécurité ONU [ Conseil de sécurité des Nations unies ]

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

5 AUGUSTUS 2016. - Ministerieel besluit tot bevriezing van tegoeden en andere financiële middelen bedoeld in artikel 1/1 van de wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties in toepassing van de resoluties betreffende ISIS (Da'esh), Al-Qaida en daarmee verbonden personen, entiteiten of groeperingen De Minister van Financiën, Gelet op de wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties, artikel 1/1; Gelet op het overleg met de bevoegde gerechtelijke overheid; Overwegende resoluties 1267 (1999), 1333 (2000), 1363 (2001), 1373 (2001), 1390 (2002), 1452 (2002), 1455 (2003), 1526 (2004), 1566 (2004), 1617 (2005), 1624 (2005), 1699 (2006), 1730 (2006), 1735 (2006), 1822 (2008), 1904 (2009), 1988 (2011), 1989 (2011), 2083 (2012), 2133 (2014), 2170 (2014), 2178 (2014), 2195 (2014), 2199 (2015), 2214 (2015), 2249 (2015) en 2253 (2015) aangenomen door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties; Overwegende Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB van de Raad van 27 mei 2002 betreffende beperkende maatregelen tegen de leden van de organisaties ISIS (Da'esh) en Al-Qaida en andere daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten; Overwegende Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met de organisaties ISIS (Da'esh) en Al-Qaida; Overwegende de mededeling SC/12472 van 3 augustus 2016 van het comité van de VN-Veiligheidsraad opgericht krachtens Resolutie 1267 (1999) van de VN-Veiligheidsraad betreffende ISIS (Da'esh) en Al-Qaida die twee namen toevoegt aan de lijst van de personen, entiteiten of groeperingen geviseerd door de sancties tegen ISIS (Da'esh), Al-Qaida en daarmee verbonden personen, entiteiten of groeperingen; Overwegende dat het aangewezen is om on ...
5 AOUT 2016. - Arrêté ministériel relatif au gel des avoirs et autres moyens financiers visés par l'article 1/1 de la loi du 11 mai 1995 relative à la mise en oeuvre des décisions du Conseil de Sécurité de l'Organisation des Nations unies en exécution des résolutions concernant l'EIIL (Daech), Al-Qaida et les personnes, entités ou groupements qui leur sont associés Le Ministre des Finances, Vu la loi du 11 mai 1995 relative à la mise en oeuvre des décisions du Conseil de Sécurité de l'Organisation des Nations unies, article 1/1; Vu la concertation avec l'autorité judiciaire compétente; Considérant les résolutions 1267 (1999), 1333 (2000), 1363 (2001), 1373 (2001), 1390 (2002), 1452 (2002), 1455 (2003), 1526 (2004), 1566 (2004), 1617 (2005), 1624 (2005), 1699 (2006), 1730 (2006), 1735 (2006), 1822 (2008), 1904 (2009), 1988 (2011), 1989 (2011), 2083 (2012), 2133 (2014), 2170 (2014), 2178 (2014), 2195 (2014), 2199 (2015), 2214 (2015), 2249 (2015) et 2253 (2015) adoptées par le Conseil de Sécurité des Nations Unies; Considérant la Position Commune 2002/402/PESC du Conseil du 27 mai 2002 concernant des mesures restrictives à l'encontre des membres des organisations l'EIIL (Daech) et Al-Qaida ainsi que d'autres personnes, groupes, entreprises et entités associés; Considérant le Règlement (CE) n° 881/2002 du Conseil du 27 mai 2002 instituant certaines mesures restrictives spécifiques à l'encontre de certaines personnes et entités liées aux organisations EIIL (Daech) et Al-Qaida; Considérant la communication SC/12472 du 3 août 2016 du comité du Conseil de sécurité des Nations unies créé par la résolution 1267 (1999) du Conseil de sécurité concernant l'EIIL (Daech) et Al-Qaida, ajoutant deux noms à la liste des personnes, entités ou groupements visés par les sanctions contre l'EIIL (Daech), Al-Qaida et les personnes, entités ou groupements qui leur sont associés; Considérant qu'il convient de prendre des mesures immédiatement afin que la Belgique satisfasse à ses obli ...

Artikel 1. Worden bevroren de tegoeden en economische middelen van volgende personen, entiteiten of groeperingen, geviseerd door de resoluties 1267 (1999), 1989 (2011) en 2253 (2015) aangenomen door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en zoals vastgesteld bij mededeling SC/12472 van 3 augustus 2016 van het comité van de VN-Veiligheidsraad opgericht krachtens Resolutie 1267 (1999) van de VN-Veiligheidsraad betreffende ISIS (Da'esh) en Al-Qaida: 1. ASLAN AVGAZAROVICH BYUTUKAEV 2. AYRAT NASIMOVICH Art. 2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 3 augustus 2016 en treedt buiten werking op het tijdstip dat de beslissing van het in het eerste lid bedoelde comité is omgezet in het Europees recht.
Article 1er. Sont gelés les fonds et ressources économiques des personnes, entités ou groupements suivants visés par les résolutions 1267 (1999), 1989 (2011) et 2253 (2015) adoptées par le Conseil de Sécurité des Nations unies et comme établi par la communication SC/12472 du 3 août 2016 du comité du Conseil de sécurité des Nations unies créé par la résolution 1267 (1999) du Conseil de sécurité concernant l'EIIL (Daech) et Al-Qaida: 1. ASLAN AVGAZAROVICH BYUTUKAEV 2. AYRAT NASIMOVICH Art. 2. Le présent arrêté produit ses effets le 3 août 2016 et cesse d'être en vigueur au moment que la décision du comité mentionné à l'alinéa 1er est transposée en droit européen.

21 APRIL 2016. - Ministerieel besluit tot bevriezing van tegoeden en andere financiële middelen bedoeld in artikel 1/1 van de wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties in toepassing van de resoluties betreffende ISIS (Da'esh), Al-Qaida en daarmee verbonden personen, entiteiten of groeperingen De Minister van Financiën, Gelet op de wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties, artikel 1/1; Gelet op het overleg met de bevoegde gerechtelijke overheid; Overwegende resoluties 1267 (1999), 1333 (2000), 1363 (2001), 1373 (2001), 1390 (2002), 1452 (2002), 1455 (2003), 1526 (2004), 1566 (2004), 1617 (2005), 1624 (2005), 1699 (2006), 1730 (2006), 1735 (2006), 1822 (2008), 1904 (2009), 1988 (2011), 1989 (2011), 2083 (2012), 2133 (2014), 2170 (2014), 2178 (2014), 2195 (2014), 2199 (2015), 2214 (2015), 2249 (2015) en 2253 (2015) aangenomen door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties; Overwegende Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB van de Raad van 27 mei 2002 betreffende beperkende maatregelen tegen de leden van de organisaties ISIS (Da'esh) en Al-Qaida en andere daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten; Overwegende Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met de organisaties ISIS (Da'esh) en Al-Qaida; Overwegende de mededeling SC/12332 van 20 april 2016 van het comité van de VN-Veiligheidsraad opgericht krachtens Resolutie 1267 (1999) van de VN-Veiligheidsraad betreffende ISIS (Da'esh) en Al-Qaida die vijf namen toevoegt aan de lijst van de personen, entiteiten of groeperingen geviseerd door de sancties tegen ISIS (Da'esh), Al-Qaida en daarmee verbonden personen, entiteiten of groeperingen; Overwegende dat het aangewezen is om onmidd ...
21 AVRIL 2016. - Arrêté ministériel relatif au gel des avoirs et autres moyens financiers visés par l'article 1/1 de la loi du 11 mai 1995 relative à la mise en oeuvre des décisions du Conseil de Sécurité de l'Organisation des Nations Unies en exécution des résolutions concernant l'EIIL (Daech), Al-Qaida et les personnes, entités ou groupements qui leur sont associés Le Ministre des Finances, Vu la loi du 11 mai 1995 relative à la mise en oeuvre des décisions du Conseil de Sécurité de l'Organisation des Nations Unies, article 1/1; Vu la concertation avec l'autorité judiciaire compétente; Considérant les résolutions 1267 (1999), 1333 (2000), 1363 (2001), 1373 (2001), 1390 (2002), 1452 (2002), 1455 (2003), 1526 (2004), 1566 (2004), 1617 (2005), 1624 (2005), 1699 (2006), 1730 (2006), 1735 (2006), 1822 (2008), 1904 (2009), 1988 (2011), 1989 (2011), 2083 (2012), 2133 (2014), 2170 (2014), 2178 (2014), 2195 (2014), 2199 (2015), 2214 (2015), 2249 (2015) et 2253 (2015) adoptées par le Conseil de Sécurité des Nations Unies; Considérant la Position Commune 2002/402/PESC du Conseil du 27 mai 2002 concernant des mesures restrictives à l'encontre des membres des organisations l'EIIL (Daech) et Al-Qaida ainsi que d'autres personnes, groupes, entreprises et entités associés; Considérant le Règlement (CE) n° 881/2002 du Conseil du 27 mai 2002 instituant certaines mesures restrictives spécifiques à l'encontre de certaines personnes et entités liées aux organisations EIIL (Daech) et Al-Qaida; Considérant la communication SC/12332 du 20 avril 2016 du comité du Conseil de sécurité des Nations unies créé par la résolution 1267 (1999) du Conseil de sécurité concernant l'EIIL (Daech) et Al-Qaida, ajoutant cinq noms à la liste des personnes, entités ou groupements visés par les sanctions contre l'EIIL (Daech), Al-Qaida et les personnes, entités ou groupements qui leur sont associés; Considérant qu'il convient de prendre des mesures immédiatement afin que la Belgique satisfasse à ses ...

De bepalingen betreffende de toepassing van de resoluties van de VN-Veiligheidsraad hebben als doel: - de financiële sancties toe te passen in de periode tussen de inwerkingtreding van de resoluties van de VN-Veiligheidsraad en de datum waarop de Europese Unie de nodige maatregelen neemt, zowel voor nieuwe of bestaande resoluties als voor de overeenkomstig de resoluties opgemaakte lijsten met personen, entiteiten en groeperingen, rekening houdend met alle wijzigingen; - de aanbevelingen 6 en 7 van de FAG op te volgen, onverminderd de toepassing van de verordeningen van de Europese Unie, door te voorzien in: o de strikte toepassing van de resoluties van de VN-Veiligheidsraad; o de minister van Financiën kan beslissen na overleg met de bevoegde gerechtelijke overheid om de tegoeden en andere financiële middelen van de personen, entiteiten en groeperingen als bepaald in de resoluties, te bevriezen; o de minister van Financiën is bevoegd voor de organisatie en de goedkeuring van elke maatregel met het oog op de uitvoering ervan.
Les dispositions concernant l'application des résolutions du Conseil de Sécurité des Nations Unies approuvées visent: - l'application des sanctions financières durant la période entre l'entrée en vigueur des résolutions du Conseil de Sécurité des Nations Unies et la date à laquelle l'Union européenne prend les mesures nécessaires, et ceci aussi bien pour des résolutions nouvelles ou existantes que pour les listes de personnes, entités et groupements établies conformément aux résolutions, y compris chaque modification; - le respect des recommandations 6 et 7 du FAFT/GAFI, sans préjudice de l'application des règlements de l'Union européenne, et ce en prévoyant: o l'application stricte des résolutions du Conseil de Sécurité des Nations Unies; o le ministre des Finances peut décider après concertation avec l'autorité judiciaire, de geler les avoirs et autres moyens financiers des personnes, entités et groupements visés par les résolutions; o le ministre des Finances est compétent pour l'organisation et l'adoption de chaque mesure en vue d'assurer l'exécution.

30 MAART 2016. - Ministerieel besluit tot bevriezing van tegoeden en andere financiële middelen bedoeld in artikel 1/1 van de wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties in toepassing van de resoluties betreffende ISIS (Da'esh), Al-Qaida en daarmee verbonden personen, entiteiten of groeperingen De Minister van Financiën, Gelet op de wet van 11 mei 1995 inzake de tenuitvoerlegging van de besluiten van de Veiligheidsraad van de Organisatie van de Verenigde Naties, artikel 1/1; Gelet op het overleg met de bevoegde gerechtelijke overheid; Overwegende resoluties 1267 (1999), 1333 (2000), 1363 (2001), 1373 (2001), 1390 (2002), 1452 (2002), 1455 (2003), 1526 (2004), 1566 (2004), 1617 (2005), 1624 (2005), 1699 (2006), 1730 (2006), 1735 (2006), 1822 (2008), 1904 (2009), 1988 (2011), 1989 (2011), 2083 (2012), 2133 (2014), 2170 (2014), 2178 (2014), 2195 (2014), 2199 (2015), 2214 (2015), 2249 (2015) en 2253 (2015) aangenomen door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties; Overwegende Gemeenschappelijk Standpunt 2002/402/GBVB van de Raad van 27 mei 2002 betreffende beperkende maatregelen tegen de leden van de organisaties ISIS (Da'esh) en Al-Qaida en andere daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten; Overwegende Verordening (EG) nr. 881/2002 van de Raad van 27 mei 2002 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen sommige personen en entiteiten die banden hebben met de organisaties ISIS (Da'esh) en Al-Qaida; Overwegende de mededeling SC/12305 van 29 maart 2016 van het comité van de VN-Veiligheidsraad opgericht krachtens Resolutie 1267 (1999) van de VN-Veiligheidsraad betreffende ISIS (Da'esh) en Al-Qaida die een naam toevoegt aan de lijst van de personen, entiteiten of groeperingen geviseerd door de sancties tegen ISIL (Da'esh), Al-Qaida en daarmee verbonden personen, entiteiten of groeperingen; Overwegende dat het aangewezen is om onmiddel ...
30 MARS 2016. - Arrêté ministériel relatif au gel des avoirs et autres moyens financiers visés par l'article 1/1 de la loi du 11 mai 1995 relative à la mise en oeuvre des décisions du Conseil de Sécurité de l'Organisation des Nations unies en exécution des résolutions concernant l'EIIL (Daech), Al-Qaida et les personnes, entités ou groupements qui leur sont associés Le Ministre des Finances, Vu la loi du 11 mai 1995 relative à la mise en oeuvre des décisions du Conseil de Sécurité de l'Organisation des Nations unies, article 1/1; Vu la concertation avec l'autorité judiciaire compétente; Considérant les résolutions 1267 (1999), 1333 (2000), 1363 (2001), 1373 (2001), 1390 (2002), 1452 (2002), 1455 (2003), 1526 (2004), 1566 (2004), 1617 (2005), 1624 (2005), 1699 (2006), 1730 (2006), 1735 (2006), 1822 (2008), 1904 (2009), 1988 (2011), 1989 (2011), 2083 (2012), 2133 (2014), 2170 (2014), 2178 (2014), 2195 (2014), 2199 (2015), 2214 (2015), 2249 (2015) et 2253 (2015) adoptées par le Conseil de Sécurité des Nations Unies; Considérant la Position Commune 2002/402/PESC du Conseil du 27 mai 2002 concernant des mesures restrictives à l'encontre des membres de des organisations l'EIIL (Daech) et Al-Qaida ainsi que d'autres personnes, groupes, entreprises et entités associés; Considérant le Règlement (CE) n° 881/2002 du Conseil du 27 mai 2002 instituant certaines mesures restrictives spécifiques à l'encontre de certaines personnes et entités liées aux organisations EIIL (Daech) et Al-Qaida; Considérant la communication SC/12305 du 29 mars 2016 du comité du Conseil de sécurité des Nations unies créé par la résolution 1267 (1999) du Conseil de sécurité concernant l'EIIL (Daech) et Al-Qaida, ajoutant un nom à la liste des personnes, entités ou groupements visés par les sanctions contre l'EIIL (Daech), Al-Qaida et les personnes, entités ou groupements qui leur sont associés; Considérant qu'il convient de prendre des mesures immédiatement afin que la Belgique satisfasse à ses ob ...

P. overwegende dat als gevolg van het veto van Rusland en China de VN-Veiligheidsraad er tot nu toe niet in is geslaagd adequaat te reageren op de burgeroorlog in Syrië; overwegende dat de Algemene Vergadering van de VN in haar resolutie van 3 augustus 2012 haar teleurstelling heeft uitgesproken over het onvermogen van de Veiligheidsraad overeenstemming te bereiken over maatregelen om te waarborgen dat de Syrische autoriteiten zich voegen naar de VN-besluiten; overwegende dat op basis van resoluties van de VN-Veiligheidsraad ongewapende militaire waarnemers van de VN in Syrië zijn gestationeerd;
P. considérant que, à la suite du veto opposé par la Russie et la Chine, le Conseil de sécurité des Nations unies n'a pas été en mesure, à ce jour, d'apporter une réponse adéquate à la guerre civile syrienne; que, dans sa résolution adoptée le 3 août 2012, l'Assemblée générale des Nations unies a déploré l'échec du Conseil de sécurité à convenir de mesures visant à garantir le respect de ses décisions par les autorités syriennes; que, sur la base des résolutions du Conseil de sécurité des Nations unies, des observateurs militaires non armés des Nations unies ont été déployés en Syrie;

G. overwegende dat als gevolg van het veto van Rusland en China de VN-Veiligheidsraad er tot nu toe niet in geslaagd is adequaat te reageren op de crisis in Syrië; overwegende dat de Algemene Vergadering van de VN in haar resolutie van 3 augustus 2012 betreurt dat de Veiligheidsraad het niet eens is kunnen worden over maatregelen om te waarborgen dat de Syrische autoriteiten zich houdt aan haar besluiten; overwegende dat op basis van resoluties van de VN-Veiligheidsraad ongewapende militaire waarnemers van de VN in Syrië waren gestationeerd; overwegende dat deze waarnemersmissie op 20 augustus 2012 is afgelopen;
G. considérant que, en raison du veto opposé par la Russie et la Chine, le Conseil de sécurité des Nations unies n'a pas été en mesure, à ce jour, d'apporter une réponse adéquate à la crise syrienne; que, dans sa résolution adoptée le 3 août 2012, l'Assemblée générale des Nations unies a déploré l'échec du Conseil de sécurité à convenir de mesures visant à garantir le respect de ces décisions par les autorités syriennes; que, sur la base des résolutions du Conseil de sécurité des Nations unies, des observateurs militaires non armés des Nations unies avaient été déployés en Syrie; que les opérations menées dans le cadre de cette mission d'observation se sont arrêtées le 20 août 2012;

14. is verheugd over de persmededeling van de VN-Veiligheidsraad van 18 april 2013 over Syrië; vraagt de leden van de VN-Veiligheidsraad, met name Rusland en China, in overeenstemming met hun verantwoordelijkheid te handelen en een einde te maken aan het geweld en de repressie tegen de Syrische bevolking, onder meer door een resolutie van de VN-Veiligheidsraad op basis van de persmededeling van de VN-Veiligheidsraad van 18 april 2013 aan te nemen; roept de VV/HV ertoe op alles in het werk te stellen om de aanneming van een resolutie van de VN-Veiligheidsraad te bewerkstelligen door stevige diplomatieke druk uit te oefenen op zowel Rusland als China; vraagt de EU in de VN-Veiligheidsraad in nauwe samenwerking met de VS, Turkije en de Arabische Liga verder alle mogelijkheden in het kader van de "verantwoordelijkheid om te beschermen" te onderzoeken om het Syrische volk te helpen en een einde te maken aan het bloedvergieten; vraagt dat de VN-Veiligheidsraad de situatie in Syrië voor een formeel onderzoek naar het Internationaal Strafhof verwijst; steunt ten volle de werkzaamheden van de onafhankelijke onderzoekscommissie in verband met de situatie in Syrië, en is ingenomen met het geactualiseerde verslag;
14. se félicite du communiqué de presse du Conseil de sécurité des Nations unies du 18 avril 2013 sur la Syrie; appelle les membres du Conseil de sécurité des Nations unies, en particulier la Russie et la Chine, à assumer leur responsabilité dans la cessation des violences et de la répression contre le peuple syrien, notamment en adoptant une résolution du Conseil de sécurité des Nations unies fondée sur le communiqué de presse de ce dernier du 18 avril 2013; invite la vice-présidente/haute représentante à tout mettre en œuvre pour assurer l'adoption d'une résolution du Conseil de sécurité des Nations unies, en exerçant une pression diplomatique réelle à la fois sur la Russie et la Chine; invite l'Union européenne à continuer d'explorer, au sein du Conseil de sécurité des Nations unies, toutes les options entrant dans le cadre de la responsabilité de protéger, en étroite coopération avec les États-Unis, la Turquie et la Ligue des États arabes, afin de venir en aide au peuple syrien et d'arrêter le bain de sang; demande que le Conseil de sécurité des Nations unies saisisse la Cour pénale internationale de la situation en Syrie en vue d'une enquête officielle; soutient vivement les travaux de la commission indépendante d'enquête sur la situation en Syrie et accueille avec satisfaction le rapport mis à jour à ce sujet;

7. vraagt de leden van de VN-Veiligheidsraad, met name Rusland en China, in overeenstemming met hun verantwoordelijkheid te handelen en een einde te maken aan het geweld en de repressie tegen de Syrische bevolking, onder meer door een resolutie van de VN-Veiligheidsraad op basis van de persmededeling van de VN-Veiligheidsraad van 18 april 2013 aan te nemen, en opdracht te geven tot humanitaire hulpverlening in alle regio's van Syrië; roept de VV/HV ertoe op alles in het werk te stellen om de aanneming van een resolutie van de VN-Veiligheidsraad te bewerkstelligen door stevige diplomatieke druk uit te oefenen op zowel Rusland als China; vraagt de EU in de VN-Veiligheidsraad in nauwe samenwerking met de VS, Turkije en de Arabische Liga verder alle mogelijkheden in het kader van de „verantwoordelijkheid om te beschermen” te onderzoeken om het Syrische volk te helpen en een einde te maken aan het bloedvergieten; steunt ten volle de werkzaamheden van de onafhankelijke onderzoekscommissie in verband met de situatie in Syrië, en is ingenomen met haar geactualiseerde verslag;
7. demande aux membres du Conseil de sécurité des Nations unies, en particulier à la Russie et à la Chine, d'assumer leur responsabilité afin de mettre un terme aux violences et à la répression contre le peuple syrien, notamment en adoptant une résolution du Conseil de sécurité fondée sur son communiqué de presse du 18 avril 2013, et d'ordonner la délivrance de l'aide humanitaire dans toutes les régions de Syrie; invite la vice-présidente/haute représentante à tout mettre en œuvre pour assurer l'adoption d'une résolution du Conseil de sécurité des Nations unies, en exerçant une pression diplomatique réelle à la fois sur la Russie et la Chine; invite l'Union européenne à continuer d'explorer, au sein du Conseil de sécurité des Nations unies, toutes les options entrant dans le cadre de la responsabilité de protéger, en étroite coopération avec les États-Unis, la Turquie et la Ligue des États arabes, afin de venir en aide au peuple syrien et d'arrêter le bain de sang; soutient vivement les travaux de la commission d'enquête indépendante sur la situation en Syrie et accueille avec satisfaction le rapport mis à jour à ce sujet;

7. vraagt de leden van de VN-Veiligheidsraad, met name Rusland en China, in overeenstemming met hun verantwoordelijkheid te handelen en een einde te maken aan het geweld en de repressie tegen de Syrische bevolking, onder meer door een resolutie van de VN-Veiligheidsraad op basis van de persmededeling van de VN-Veiligheidsraad van 18 april 2013 aan te nemen, en opdracht te geven tot humanitaire hulpverlening in alle regio's van Syrië; roept de VV/HV ertoe op alles in het werk te stellen om de aanneming van een resolutie van de VN-Veiligheidsraad te bewerkstelligen door stevige diplomatieke druk uit te oefenen op zowel Rusland als China; vraagt de EU in de VN-Veiligheidsraad in nauwe samenwerking met de VS, Turkije en de Arabische Liga verder alle mogelijkheden in het kader van de "verantwoordelijkheid om te beschermen" te onderzoeken om het Syrische volk te helpen en een einde te maken aan het bloedvergieten; steunt ten volle de werkzaamheden van de onafhankelijke onderzoekscommissie in verband met de situatie in Syrië, en is ingenomen met haar geactualiseerde verslag;
7. demande aux membres du Conseil de sécurité des Nations unies, en particulier à la Russie et à la Chine, d'assumer leur responsabilité afin de mettre un terme aux violences et à la répression contre le peuple syrien, notamment en adoptant une résolution du Conseil de sécurité fondée sur son communiqué de presse du 18 avril 2013, et d'ordonner la délivrance de l'aide humanitaire dans toutes les régions de Syrie; invite la vice-présidente/haute représentante à tout mettre en œuvre pour assurer l'adoption d'une résolution du Conseil de sécurité des Nations unies, en exerçant une pression diplomatique réelle à la fois sur la Russie et la Chine; invite l'Union européenne à continuer d'explorer, au sein du Conseil de sécurité des Nations unies, toutes les options entrant dans le cadre de la responsabilité de protéger, en étroite coopération avec les États-Unis, la Turquie et la Ligue des États arabes, afin de venir en aide au peuple syrien et d'arrêter le bain de sang; soutient vivement les travaux de la commission d'enquête indépendante sur la situation en Syrie et accueille avec satisfaction le rapport mis à jour à ce sujet;