F. overwegende dat de WHO vier verschillende vormen van VGV heeft vastgesteld, gaande van clitoridectomie (gedeeltelijke of volledige verwijdering van de clitoris) en excisie (verwijdering van de clitoris en de kleine schaamlippen), die ongeveer 85% van de VGV uitmaakt, tot de meest extreme vorm, namelijk infibulatie (totale verwijdering van de clitoris en de kleine schaamlippen en van de binnenkant van de grote schaamlippen, waarna de vulva wordt dichtgenaaid zodat er nog slechts een nauwe vaginale opening overblijft) en introcisie (besnijdenis, perforatie of incisie van de clitoris of de schaamlippen),
F. considérant que l'OMS a identifié quatre types de MGF, qui vont de la clitoridectomie (ablation partielle ou totale du clitoris) à l'excision (ablation du clitoris et des petites lèvres), cette dernière représentant 85% environ des MGF, jusqu'à la forme la plus extrême, l'infibulation (ablation totale du clitoris et des petites lèvres ainsi que de la superficie interne des grandes lèvres et suture de la vulve pour ne laisser qu'une petite ouverture vaginale) et l'introcision (piqûres, perforations ou incisions du clitoris ou des lèvres),