Aangezien het om een soevereiniteitsrecht gaat, is de uitoefening ervan door de Staat niet beperkt in de tijd (I. Vanstraelen, Commentaar bij artikel 768 B.W. , in X., Erfenissen, schenkingen en testamenten. Commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen, 2003, blz. 7).
S'agissant d'un droit de souveraineté, son exercice par l'État n'est pas limité dans le temps (I. VANSTRAELEN, Commentaar bij artikel 768 B.W., in X., Erfenissen, schenkingen en testamenten. Commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Antwerpen, Kluwer Rechtswetenschappen, 2003, p. 7).