De actieplannen ter bevordering van de energie-efficiëntie worden door de Commissie gecontroleerd. Op basis van het tweede en derde actieplan ter bevordering van de energie-efficiëntie van de lidstaten en de controle door de Commissie, evalueert de Commissie in hoeverre de lidstaten vorderingen hebben geboekt bij het bereiken van hun nationale indicatieve energiebesparingsstreefwaarde, het voldoen van de vereisten van artikel 4, lid 4 quater, en de artikelen 5, 6 en 7 en het vervullen van de voorbeeldrol van de publieke sector.
3. Les plans d'action sur l'efficacité énergétique font l'objet d'un examen de la Commission. Sur la base des deuxième et troisième plans d'action sur l'efficacité énergétique des États membres et de l'examen de la Commission, la Commission évalue dans quelle mesure ces derniers ont progressé vers la réalisation de leur objectif indicatif national en matière d'économies d'énergie et de leurs obligations conformément aux articles 4, paragraphe 4 quater, 5, 6 et 7, ainsi que du rôle d'exemple que doit jouer le secteur public.