Het Gerecht merkt dienaangaande op dat de gedragingen die Intel in de beschikking van de Commissie werden verweten, aanzienlijke, onverwijlde en voorzienbare effecten in de EER konden sorteren.
Le Tribunal constate à cet égard que le comportement reproché à Intel dans la décision de la Commission était susceptible d’avoir un effet substantiel, immédiat et prévisible au sein de l’EEE.