Dit wetsvoorstel wil een onderdeel van het regeerakkoord concreet gestalte geven door ervoor te zorgen dat een groter gedeelte van de vrijheidsbenemende straf effectief wordt uitgezeten en dat een veroordeelde in staat van herhaling pas daarna een aanvraag tot voorwaardelijke invrijheidstelling kan indienen.
La présente proposition de loi entend concrétiser un aspect de la déclaration gouvernementale, à savoir allonger la période d'exécution de la peine privative de liberté à partir de laquelle un condamné, en état de récidive, peut introduire une demande de libération conditionnelle.