45. benadrukt dat de fysieke overbrenging van personen die internationale bescherming genieten en asielzoekers onder bepaalde omstandigheden de meest concrete vorm van solidariteit is en een aanzienlijke bijdrage kan leveren aan een billijker gemeenschappelijk Europees asielstelsel; onderstreept dat dit weliswaar een solide uiting van gehechtheid aan internationale bescherming en bevordering van de mensenrechten is, doch dat tot dusverre nog maar weinig lidstaten initiatieven voor overbrenging hebben ontplooid;
45. signale que, sous certaines conditions, la répartition physique des bénéficiaires d'une protection internationale et des demandeurs d'asile est l'une des formes les plus concrètes de solidarité et peut contribuer de façon significative à un RAEC plus équitable; souligne que, bien que cette répartition soit également l'expression résolue d'un engagement en faveur de la protection internationale et de la promotion des droits de l'homme, peu d'États membres ont participé jusqu'à présent à des initiatives de répartition;