c) daarbij komen, voor zover de periode van schorsing niet afgelopen is op de dag van de verkiezing, de personen die veroordeeld werden tot een correctionele gevangenisstraf van meer dan vier maanden, met uitzondering van degenen die uit hoofde van de artikelen 419 en 420 van het Strafwetboek veroordeeld werden (KWB., art. 7, 2°, zoals gewijzigd door de wet van 21 december 1994).
c) s'y ajoutent, pour autant que la période de suspension ne soit pas écoulée à la date de l'élection, les personnes qui ont été condamnées à une peine d'emprisonnement correctionnel de plus de quatre mois, à l'exception de ceux qui ont été condamnés sur la base des articles 419 et 420 du Code pénal (C. E. art. 7, 2°, tel que modifié par la loi du 21 décembre 1994).