Totdat de in artikel 71, lid 1, bedoelde bepalingen zijn vastgesteld en behoudens goedkeuringen van de Raad, met eenparigheid van st
emmen verleend, mag geen enkele lidstaat de onderscheidende bepalingen, die terzake gelden op 1 januari 1958 of, voor de toetredende staten, op de datum van hun toetreding, zodanig
veranderen dat zij daardoor in hun rechtstreekse
of zijdelingse uitwerking minder gunstig worden voor de vervoerondernemer
...[+++]s der overige lidstaten dan voor de nationale vervoerondernemers.
Jusqu’à l’établissement des dispositions visées à l’article 71, paragraphe 1, et sauf accord unanime du Conseil, aucun des États membres ne peut rendre moins favorables, dans leur effet direct ou indirect à l’égard des transporteurs des autres États membres par rapport aux transporteurs nationaux, les dispositions diverses régissant la matière au 1er janvier 1958 ou, pour les États adhérents, à la date de leur adhésion.