Traduction de «december 1982 moeten » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE

Overeenkomst over de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 die betrekking hebben op de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden | VN-visbestandenovereenkomst van 1995
Accord aux fins de l'application des dispositions de la convention des Nations unies sur le droit de la mer du 10 décembre 1982 relatives à la conservation et à la gestion des stocks de poissons dont les déplacements s'effectuent tant à l'intérieur qu'au-delà de zones économiques exclusives (stocks chevauchants) et des stocks de poissons grands migrateurs | Accord des Nations unies sur les stocks de poissons

bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 die betrekking hebben op de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden
les dispositions de la convention des Nations unies sur le droit de la mer du 10 décembre 1982 relatives à la conservation et à la gestion des stocks de poissons dont les déplacements s'effectuent tant à l'intérieur qu'au-delà des zones économiques exclusives(stocks chevauchants)et des stocks de poissons grands migrateurs

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Het geslacht van het personeelslid is één van de minimale individuele inlichtingen, die krachtens artikel 1 van het koninklijk besluit van 23 juni 1994 houdende de uitvoering van artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 141 van 30 december 1982 tot oprichting van een databank betreffende de personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken, in de gedecentraliseerde personeelsdatabanken van elke overheidspersoon bedoeld in artikel 2 van het hogergenoemd koninklijk besluit nr. 141 van 30 december 1982, moeten bevinden.
La donnée relative au sexe est un des renseignements minimaux qui doivent être repris dans les banques de données du personnel des services publics visés à l'article 2 de l'arrêté royal nº 141 du 30 décembre 1982 créant une banque de données relatives aux membres du personnel du secteur public, en application de l'article 1 de l'arrêté royal du 23 juin 1994 portant exécution de l'article 3 de l'arrêté royal nº 141 du 30 décembre 1982 précité, modifié par la loi du 22 juillet 1993 portant certaines mesures en matière de fonction publique.

1.3 Overeenkomstig de Overeenkomst met betrekking tot de toepassing van deel XI van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de Zee van 10 december 1982, moeten de bepalingen ervan en deel XI van het Verdrag samen als eenzelfde tool worden geïnterpreteerd en toegepast; dit contract en de verwijzingen naar het Verdrag die erin gedaan worden, moeten navenant worden geïnterpreteerd en toegepast.
1.3 Conformément à l'Accord relatif à l'application de la partie XI de la Convention des Nations Unies sur le droit de la mer, du 10 décembre 1982, ses dispositions et la partie XI de la Convention doivent être interprétées et appliquées conjointement comme un instrument unique; le présent contrat et les références qui y sont faites à la Convention doivent être interprétés et appliqués en conséquence.

Ze moeten die gegevens om de zes maanden overmaken aan de minister van Ambtenarenzaken. Dit is vastgelegd in het koninklijk besluit van 4 oktober 2005 houdende uitvoering van artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 141 van 30 december 1982 tot oprichting van een databank betreffende de personeelsleden van de overheidssector.
Ils doivent transmettre ces données tous les six mois au ministre de la Fonction publique comme le prévoit l'arrêté royal du 4 octobre 2005 portant exécution de l’article 3 de l’arrêté royal n° 141 du 30 décembre 1982 créant une banque de données relative aux membres du personnel du secteur public.

Wetsontwerp tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 143 van 30 december 1982 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan de laboratoria moeten voldoen voor de tegemoetkoming van de ziekteverzekering voor verstrekkingen van klinische biologie
Projet de loi modifiant l'arrêté royal n° 143 du 30 décembre 1982 fixant les conditions auxquelles les laboratoires doivent répondre en vue de l'intervention de l'assurance maladie pour les prestations de biologie clinique

Artikel 1. Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 6 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, en rekening houdend met de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 17bis van 29 januari 1976, nr. 17ter van 3 maart 1977, nr. 17quater van 27 april 1978, nr. 17quinquies van 1 februari 1979, nr. 17sexies van 28 februari 1980, nr. 17septies van 22 december 1980, nr. 17octies van 2 februari 1982, nr. 17nonies van 7 juni 1983, nr. 17decies van 16 december 1987, nr. 17undecies van 20 december 1988, nr. 17 duodecies van 19 december 1989, nr. 17tredecies van 18 december 1990, nr. 17quaterdecies van 29 januari 1991, nr. 17quindecies van 17 december 1991, nr. 17sedecies van 22 december 1992, nr. 17septies decies van 21 december 1993, nr. 17duodevicies van 26 juli 1994, nr. 17undevicies van 17 december 1997, nr. 17vicies semel van 15 december 1998 en nr. 17vicies bis van 20 december 1999, moeten vanaf 1 januari 2001 de volgende coëfficiënten worden toegepast :
Article 1. Conformément aux dispositions des articles 6 et 8 de la convention collective de travail du 19 décembre 1974 instituant un régime d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés en cas de licenciement, et compte tenu des conventions collectives de travail n° 17bis du 29 janvier 1976, 17ter du 3 mars 1977, 17quater du 27 avril 1978, 17quinquies du 1 février 1979, 17sexies du 28 février 1980, 17septies du 22 décembre 1980, 17octies du 2 février 1982, 17nonies du 7 juin 1983, 17decies du 16 décembre 1987, 17undecies du 20 décembre 1988, 17duodecies du 19 décembre 1989, 17terdecies du 18 décembre 1990, 17quaterdecies du 29 janvier 1991, 17 quindecies du 17 décembre 1991, 17sedecies du 22 décembre 1992, 17septies decies du 21 décembre 1993, 17duodevicies du 26 juillet 1994, 17undevicies du 17 décembre 1997, 17 vicies semel du 15 décembre 1998 et 17vicies bis du 20 décembre 1999, il convient à partir du 1 janvier 2001 :

Article 1. Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 6 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, en rekening houdend met de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 17bis van 29 januari 1976, nr. 17ter van 3 maart 1977, nr. 17quater van 27 april 1978, nr. 17quinquies van 1 februari 1979, nr. 17sexies van 28 februari 1980, nr. 17septies van 22 december 1980, nr. 17octies van 2 februari 1982, nr. 17nonies van 7 juni 1983, nr. 17decies van 16 december 1987, nr. 17undecies van 20 december 1988, nr. 17duodecies van 19 december 1989, nr. 17 tredecies van 18 december 1990, nr. 17quaterdecies van 29 januari 1991, nr. 17quindecies van 17 december 1991, nr. 17sedecies van 22 december 1992, nr. 17septies decies van 21 december 1993, nr. 17duodevicies van 26 juli 1994, nr. 17undevicies van 17 december 1997 en nr. 17vicies semel van 15 december 1998, moeten vanaf 1 januari 2000 de volgende coëfficiënten worden toegepast :
Article 1. Conformément aux dispositions des articles 6 et 8 de la convention collective de travail du 19 décembre 1974 instituant un régime d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés en cas de licenciement, et compte tenu des conventions collectives de travail n° 17bis du 29 janvier 1976, 17ter du 3 mars 1977, 17quater du 27 avril 1978, 17quinquies du 1 février 1979, 17sexies du 28 février 1980, 17septies du 22 décembre 1980, 17octies du 2 février 1982, 17nonies du 7 juin 1983, 17decies du 16 décembre 1987, 17undecies du 20 décembre 1988, 17duodecies du 19 décembre 1989, 17tredecies du 18 décembre 1990, 17quaterdecies du 29 janvier 1991, 17quindecies du 17 décembre 1991, 17sedecies du 22 décembre 1992, 17septies decies du 21 décembre 1993, 17duodevicies du 26 juillet 1994, 17undevicies du 17 décembre 1997 et 17vicies semel du 15 décembre 1998, il convient à partir du 1 janvier 2000 :

Atikel 1. Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 6 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, en rekening houdend met de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 17bis van 29 januari 1976, nr. 17ter van 3 maart 1977, nr. 17quater van 27 april 1978, nr. 17quinquies van 1 februari 1979, nr. 17sexies van 28 februari 1980, nr. 17septies van 22 december 1980, nr. 17octies van 2 februari 1982, nr. 17nonies van 7 juni 1983, nr. 17decies van 16 december 1987, nr. 17undecies van 20 december 1988, nr. 17duodecies van 19 december 1989, nr. 17tredecies van 18 december 1990, nr. 17quaterdecies van 29 januari 1991, nr. 17quindecies van 17 december 1991, nr. 17sedecies van 22 december 1992, nr. 17septiesdecies van 21 december 1993, nr. 17duodevicies van 26 juli 1994 en nr. 17undevicies van 17 december 1997 moeten vanaf 1 januari 1999 de volgende coëfficiënten worden toegepast :
Article 1. Conformément aux dispositions des articles 6 et 8 de la convention collective de travail du 19 décembre 1974 instituant un régime d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés en cas de licenciement, et compte tenu des conventions collectives de travail n° 17bis du 29 janvier 1976, 17ter du 3 mars 1977, 17quater du 27 avril 1978, 17quinquies du 1 février 1979, 17sexies du 28 février 1980, 17septies du 22 décembre 1980, 17octies du 2 février 1982, 17nonies du 7 juin 1983, 17decies du 16 décembre 1987, 17undecies du 20 décembre 1988, 17duodecies du 19 décembre 1989, 17tredecies du 18 décembre 1990, 17quaterdecies du 29 janvier 1991, 17quindecies du 17 décembre 1991, 17sedecies du 22 décembre 1992, 17septiesdecies du 21 décembre 1993, 17duodevicies du 26 juillet 1994 et 17undevicies du 17 décembre 1997, il convient à partir du 1 janvier 1999 :

Artikel 1. Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 6 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, en rekening houdend met de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 17bis van 29 januari 1976, nr. 17ter van 3 maart 1977, nr. 17quater van 27 april 1978, nr. 17quinquies van 1 februari 1979, nr. 17sexies van 28 februari 1980, nr. 17septies van 22 december 1980, nr. 17octies van 2 februari 1982, nr. 17nonies van 7 juni 1983, nr. 17decies van 16 december 1987, nr. 17undecies van 20 december 1988, nr. 17duodecies van 19 december 1989, nr. 17tredecies van 18 december 1990, nr. 17quaterdecies van 29 januari 1991, nr. 17quindecies van 17 december 1991, nr. 17sedecies van 22 december 1992 en nr. 17septiesdecies van 21 december 1993 moeten vanaf 1 januari 1998 de volgende coëfficiënten worden toegepast :
Article 1 Conformément aux dispositions des articles 6 et 8 de la convention collective de travail du 19 décembre 1974 instituant un régime d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés en cas de licenciement, et compte tenu des conventions collectives de travail n° 17bis du 29 janvier 1976, 17ter du 3 mars 1977, 17quater du 27 avril 1978, 17quinquies du 1 février 1979, 17sexies du 28 février 1980, 17septies du 22 décembre 1980, 17octies du 2 février 1982, 17nonies du 7 juin 1983, 17decies du 16 décembre 1987, 17undecies du 20 décembre 1988, 17duodecies du 19 décembre 1989, 17tredecies du 18 décembre 1990, 17quaterdecies du 29 janvier 1991, 17quindecies du 17 décembre 1991, 17sedecies du 22 décembre 1992 et 17septies decies du 21 décembre 1993, il convient à partir du 1 janvier 1998 :

het arrest nr. 160/2007, uitgesproken op 19 december 2007, inzake de prejudiciële vraag over artikel 3, §1, 3º en 4º, van het koninklijk besluit nr. 143 van 30 december 1982 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan de laboratoria moeten voldoen voor de tegemoetkoming van de ziekteverzekering voor verstrekkingen van klinische biologie, zoals vervangen bij de wet van 30 december 1988, in de versie vóór de wijziging ervan bij de wet van 24 mei 2005, gesteld door de Raad van State (rolnummer 4158).
l'arrêt nº 160/2007, rendu le 19 décembre 2007, en cause la question préjudicielle relative à l'article 3, §1 , 3º et 4º, de l'arrêté royal nº 143 du 30 décembre 1982 fixant les conditions auxquelles les laboratoires doivent répondre en vue de l'intervention de l'assurance maladie pour les prestations de biologie clinique, tel qu'il a été remplacé par la loi du 30 décembre 1988, dans sa version antérieure à sa modification par la loi du 24 mai 2005, posée par le Conseil d'État (numéro du rôle 4158).

de prejudiciële vraag over artikel 3, §1, 3º en 4º, van het koninklijk besluit nr. 143 van 30 december 1982 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan de laboratoria moeten voldoen voor de tegemoetkoming van de ziekteverzekering voor verstrekkingen van klinische biologie, zoals vervangen bij de wet van 30 december 1988, in de versie vóór de wijziging ervan bij de wet van 24 mei 2005, gesteld door de Raad van State (rolnummer 4158).
la question préjudicielle relative à l'article 3, §1 , 3º et 4º, de l'arrêté royal nº 143 du 30 décembre 1982 fixant les conditions auxquelles les laboratoires doivent répondre en vue de l'intervention de l'assurance maladie pour les prestations de biologie clinique, remplacé par la loi du 30 décembre 1988, dans sa version antérieure à sa modification par la loi du 24 mai 2005, posée par le Conseil d'État (numéro du rôle 4158).