Wanneer de bevoegde autoriteit van oordeel is dat de inlichtingen die ze van de buitenlandse autoriteit ontvangen heeft, van nut kunnen zijn voor de buitenlandse autoriteit van een derde lidstaat voor de doeleinden vermeld in § 2, eerste lid, dan mag ze die inlichtingen aan de buitenlandse bevoegde autoriteit van de derde lidstaat doorgeven, op voorwaarde dat dat in overeenstemming is met de in dit decreet vastgelegde voorschriften en procedures.
Lorsque l'autorité compétente considère que les informations qu'elle a reçues de l'autorité étrangère sont susceptibles d'être utiles à l'autorité étrangère d'un troisième Etat membre pour les fins visées au § 2, alinéa 1 , elle peut les transmettre à cette dernière pour autant qu'elle respecte à cet effet les règles et procédures établies dans le présent décret.