2. Activiteiten die worden geselecteerd voor grensoverschrijdende programma's omvatten eindbegunstigden uit ten minste twee deelnemende landen die op ten minste een van de twee volgende manieren voor elke activiteit samenwerken: gezamenlijke ontwikkeling, gezamenlijke tenuitvoerlegging, gezamenlijk gebruik van personeel en gezamenlijke financiering.
2. Les opérations sélectionnées pour les programmes transfrontaliers incluent les bénéficiaires finaux d'au moins deux pays participants, qui coopèrent sous l'une au moins des formes suivantes pour chaque opération: développement conjoint, mise en œuvre conjointe, dotation conjointe en effectifs et financement conjoint.