Volgens de bewoordingen van die bepaling « wordt de schadevergoeding van de benadeelde persoon in gelijke delen verdeeld onder de verzekeraars die de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de bestuurders [...] dekken, met uitzondering van degenen wier aansprakelijkheid ongetwijfeld niet in het geding komt », wat veronderstelt dat die verzekeraars bekend zijn, vermits het aandeel dat door een niet-bekende verzekeraar zou moeten worden gedragen nooit zal worden betaald, wat niet de bedoeling van de wetgever kan zijn geweest.
Selon les termes de cette disposition, « l'indemnisation de la personne lésée est répartie, par parts égales, entre les assureurs couvrant la responsabilité civile des conducteurs [...], à l'exception de ceux dont la responsabilité n'est indubitablement pas engagée », ce qui suppose que ces assureurs soient connus, puisque la part qui devrait être supportée par un assureur non connu ne sera jamais payée, ce qui ne peut pas avoir été l'intention du législateur.