Inzonderheid moet worden onderzocht of de personen die feitelijk hebben samengewoond toegang hebben tot een rechter bij wie ze om voorlopige maatregelen met betrekking tot de toewijzing va
n de verblijfplaats zouden kunnen verzoeken die ingevolge het plegen van feiten van gewel
d als bedoeld in de artikelen 375, 398 tot 400, 402, 403 of 405 van het Strafwetboek of ingevolge de poging feiten te plegen als bedoeld in de artikelen 375, 393, 394 of 397 van hetzelfde Wetboek, of indien er ernstig
e aanwijzingen voor ...[+++]dergelijke gedragingen bestaan, gerechtvaardigd zouden zijn.
Il convient d'examiner en particulier si les personnes qui ont cohabité en fait ont accès à un juge auquel elles puissent demander des mesures provisoires relatives à l'attribution de la résidence, justifiées par des faits de violence commis, tels que visés aux articles 375, 398 à 400, 402, 403 ou 405 du Code pénal ou par la tentative de commettre des faits visés aux articles 375, 393, 394 ou 397 du même Code, ou s'il existe des indications sérieuses de tels comportements.