Een dergelijke maatregel doet niet op onevenredige wijze afbreuk aan de rechten van de minderjarigen jonger dan twaalf jaar, aangezien artikel 10 van de wet van 8 april 1965, hersteld bij artikel 4 van de wet van 13 juni 2006, bepaalt dat elke beslissing, ongeacht of het gaat om een voorlopige maatregel of om een maatregel ten gronde, die door de jeugdrechter of de jeugdrechtbank in eerste aanleg of in hoger beroep is genomen, op de dag van de beslissing zelf, door toedoen van de griffier, bij gewone kopie aan de advocaat van de minderjarige wordt overgezonden.
Une telle mesure ne porte pas une atteinte disproportionnée aux droits des mineurs de moins de douze ans dès lors que l'article 10 de la loi du 8 avril 1965, rétabli par l'article 4 de la loi du 13 juin 2006, prévoit que toute décision, qu'il s'agisse d'une mesure provisoire ou d'une mesure sur le fond, prise par le juge de la jeunesse ou le tribunal de la jeunesse, en première instance ou en degré d'appel, est, par les soins du greffier, transmise le jour même de la décision par simple copie à l'avocat du mineur.