Indien een personeelslid van een dergelijke maatschappij oprecht de indruk heeft dat hij met een asielzoeker te maken heeft, moet hij over het recht beschikken in eer en geweten deze persoon als passagier op te nemen, zelfs al beschikt hij niet over de nodige documenten.
Un membre du personnel d'un transporteur qui estime en son âme et conscience se trouver confronté à un demandeur d'asile doit avoir le droit d'admettre la personne en question en tant que passager, même si celle-ci ne dispose pas des documents nécessaires.