Art. 21. Indien de bevoegde overheid op de grondslag van een uitvoerige motivering constateert dat materieel, hoewel het voldoet aan de geharmoniseerde voorschriften van dit besluit en de desbetreffende bijzondere koninklijke besluiten, gevaar oplevert voor de veiligheid of de gezondheid, kan zij het op de markt brengen van dit materieel op haar grondgebied voorlopig verbieden of aan bijzondere voorwaarden onderwerpen.
Art. 21. Si l'autorité compétente constate, sur base d'une motivation circonstanciée, qu'un matériel, bien qu'il soit conforme aux prescriptions harmonisées par le présent arrêté et par les arrêtés particuliers le concernant, présente un danger pour la sécurité ou la santé, elle peut provisoirement interdire ou soumettre à des conditions particulières sur le territoire national la mise sur le marché de ce matériel.