« Schendt artikel 42quater van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre er door de minister of zijn gemachtigde, binnen vijf jaar na de
erkenning van zijn recht op verblijf, een einde kan worden gesteld aan dat verb
lijfsrecht voor een niet-Europese vreemdeling die uit de echt is gescheiden van een Belg en die, binnen het huwelijk, het slachtoffer is geweest van geweld zoals bedoeld in de arti
...[+++]kelen 375, 398 tot 400, 402, 403 of 405 van het Strafwetboek, indien die vreemdeling niet aantoont dat hij werkt of over voldoende bestaansmiddelen beschikt om te voorkomen dat hij ten laste valt van het sociale verzekeringsstelsel van het Rijk en beschikt over een ziektekostenverzekering die alle risico's in België dekt (artikel 42quater, § 4, 4°, van de wet), terwijl het, in dezelfde omstandigheden van echtelijk geweld, de minister of zijn gemachtigde niet is toegestaan een einde te stellen aan het verblijf van een niet-Europese vreemdeling die uit de echt is gescheiden van een andere niet-Europese vreemdeling die tot een verblijf van onbeperkte duur werd toegelaten, zelfs indien die geen werk heeft of niet over voldoende inkomsten noch over een ziektekostenverzekering beschikt (artikel 11, § 2, van de wet) ?« L'article 42quater de la loi du 15 décembre 1980 sur [l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers] viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce que le ministre ou son délégué peut, dans les cinq années qui suivent l
a reconnaissance du droit de séjour, mettre fin à ce droit de séjour pour un étranger non européen, divorcé d'un Belge et victime, dans le cadre du mariage, de faits de violences visés aux articles 375, 398 à 400, 402, 403 ou 405 du Code pénal, si cet étranger n'apporte pas la preuve qu'il travaille ou qu'il dispose de ressources suffisantes afin de ne pas devenir une charge
...[+++] pour le système d'assurance sociale du Royaume et d'une assurance maladie couvrant l'ensemble des risques en Belgique (article 42quater, § 4, 4°, de la loi), alors que, dans les mêmes circonstances de violences conjugales, il n'est pas permis au ministre ou à son délégué de mettre fin au séjour de l'étranger non européen divorcé d'un autre étranger non européen admis au séjour illimité, même si celui-ci n'a pas de travail ou ne dispose pas de revenus suffisants et d'une assurance maladie (article 11, § 2, de la loi) ?